De aanleg van terreinen waar overlading van goederen plaatsvindt van de ene vervoersmodus op de andere vallen onder rubriek 10c van het MER-besluit (2004). Voor informatie in verband met faciliteiten en overlading gelinkt aan spoorinfrastructuur, kan doorverwezen worden naar de interpretatiepagina tram- en spoorlijnprojecten.  De rubriek is echter ruimer geldig is dan enkel op faciliteiten en stations gelinkt aan spoorinfrastructuur.

De aanleg van terreinen die groter zijn dan 5 ha vallen onder bijlage II (project-MER of gemotiveerd verzoek tot ontheffing van de MER-plicht), indien ze kleiner zijn dan 5 ha onder bijlage III (project-m.e.r.-screeningsnota of project-MER).

Enkel de aanleg van terreinen voor intermodale overslag valt onder de rubriek, wat wil zeggen dat het goederentransport van modus verandert (water, weg, lucht, spoor).

De aanleg van terreinen waar louter overslag gebeurt binnen eenzelfde modus, bijvoorbeeld van vrachtwagen op vrachtwagen valt niet onder de rubriek van intermodale overslag (andere rubrieken kunnen nog steeds van toepassing zijn). Wat wel onder de rubriek valt is bijvoorbeeld de aanleg van terreinen voor de overslag van schip op vrachtwagen of van trein op vrachtwagen. Om onder rubriek 10c te vallen moeten de terreinen deel uitmaken van de globale transportketen van de goederen. Dit wil zeggen dat terreinen die hier niet rechtstreeks deel van uitmaken, bijvoorbeeld terreinen waar lege containers langdurig opgeslagen worden, hier niet onder vallen.

  • Geen labels