Onderhoud Wegens upgrade omwille van een kritieke kwetsbaarheid zal confluence vandaag (18/12/2023) om 14u00 even onbeschikbaar zijn.
...
Wanneer de DOV-verkenner wordt opgestart, verschijnt een kaart met daarin enkele kaartlagen. Deze kaartlagen zie je links ook opgelijst in het menuvenster onder “Kaartbeeld instellen”.
Figuur 1: De Verkenner bij het opstarten met het kaartvenster (rechts) en het menuvenster (links)
Bij ‘Kaartbeeld instellen’ worden de actieve kaartlagen weergegeven. Een actieve kaartlaag is een kaartlaag die aan het kaartbeeld is toegevoegd. Dat wil echter niet per se zeggen dat deze kaartlaag ook altijd zichtbaar is. Een actieve kaartlaag kan namelijk uitgevinkt worden, of heeft soms ook beperkingen in het schaalniveau waarop ze raadpleegbaar is.
...
Kaartnavigatie in de DOV-verkenner werkt vrij intuïtief.
Figuur 2: Navigatieknoppen in de verkenner
Je kan in- en uitzoomen door:
...
Je kunt ook rechtstreeks zoomen naar bepaalde XY-coördinaten .
Figuur 3: Zoomen naar XY-coördinaten
Via het zoekveld van de verkenner kan je zoomen naar een adres in Vlaanderen.
...
Op deze manier kan je het kaartbeeld uitbreiden met meerdere zelf gekozen kaartlagen.
Figuur 4: Kaartlagen toevoegen
3.2 Toevoegen van kaartlagen van een externe bron
Er kunnen ook externe WMS-kaartlagen toegevoegd worden via 'Kaartlaag kiezen' en vervolgens tabblad 'Extern'. Je voert de URL van de WMS in in het daarvoor voorziene invulveld, en klikt op het pijltje . Er verschijnt een lijst met beschikbare kaartlagen in de WMS die je koos. In deze lijst kan je de kaartlagen aanvinken die je wil toevoegen aan de kaart. URL’s van veel gebruikte WMS’en vind je door op het i-knopje te drukken boven het pijltje. Door deze in te vullen in het invulveld ben je ervan verzekerd dat de URL correct is.
Figuur 5: Toevoegen van kaartlagen van een externe WMS-server
De aangevinkte kaartla(a)g(en) word(t)(en) toegevoegd in ‘Kaartbeeld instellen’. Deze externe kaartlagen kunnen net zoals de gewone DOV-lagen aan- en uitgezet worden.
...
Figuur 6 laat zien hoe de kaartlaag ‘Potentiële bodemerosiekaart per perceel (2019)’ één niveau lager geplaatst wordt en zo onder de laag ‘Gemeentegrenzen’ komt te liggen.
Figuur 6: De volgorde van de kaartlagen wijzigen
Als het wijzigen van de volgorde van de kaartlagen niet volstaat om alle informatie zichtbaar te maken op de kaart, dan kan het ook helpen om de transparantie van bepaalde lagen aan te passen. Door op de knop ‘opties’ voor een laag te klikken, krijg je een schuifregelaar om de transparantie van de kaartlaag te wijzigen (zie figuur 7).
...
Let op: van sommige lagen kan de transparantie niet worden aangepast. In dat geval wordt de schuifregelaar lichtgrijs weergegeven (= niet actief).
Figuur 7: Transparantie van deze laag staat op 50%.
4.3 Kaartlagen met labels en/of meerdere stijlen
Sommige kaartlagen bevatten labels (tekst op de kaart, bv. namen van boringen). Voor deze kaartlagen kan je door op de knop ‘opties’ te klikken, labels aan- of uitzetten door de optie ‘Zet labels aan/uit’ aan- of uit te vinken (zie figuur 8).
Figuur 8: Stijl aanpassen: labels aan- en uitzetten voor bv. de kaartlaag boringen
Sommige kaartlagen bevatten meerdere stijlen. Voor deze kaartlagen verschijnt ‘Kies een stijl en/of label’ in het optiemenu nadat u op de knop ‘opties’ hebt geklikt. Door de gewenste stijl aan te klikken, kan u de stijl waarin de kaartlaag wordt weergegeven veranderen. Zo kan u bv. bij de kaartlaag ‘bodemtypes’ (Figuur 9) naast de gewone stijl ook een stijl kiezen met gelabelde contouren i.p.v. volledig gekleurde vlakken. De bodemkaart kan ingekleurd volgens de drainageklasse of volgens de bodemserie worden weergegeven, of volgens een vereenvoudigde legende.
a)
...
b)
...
Figuur 9: Een vooraf gedefinieerde stijl kiezen voor bv. kaartlaag bodemtypes (a) stijl ‘Bodemserie label’ (b) stijl ‘Bodemserie (contour)’.
4.4 Legende van de kaartlaag
...
De dynamische legende geldt soms enkel vanaf een bepaald schaalbereik.
Figuur 10: Berekenen van de dynamische legende
4.5 Metadata van de kaartlaag
...
Hoe wordt een doorprik uitgevoerd?
Figuur 11: Gegevens opvragen door middel van de info-knop (doorprik)
De info-knop staat standaard geactiveerd. Indien dit niet het geval is, klik je er allereerst op. De knop wordt dan donkergrijs en krijgt een geel kader . Klik vervolgens op de kaart om info van een bepaalde locatie op te vragen. Waar er geklikt wordt, verschijnt een gele marker . Onder de kaart komt een tabel in beeld met gegevens over deze locatie: ‘Resultaten van de doorprik’.
...
Via de zoekbalk “eenvoudig zoeken” kan je zoeken op adressen, beschikbare kaartlagen en attribuutgegevens van actieve kaartlagen. Hiertoe tik je een zoekterm in in de zoekbalk.
Figuur 12: De zoekbalk “eenvoudig zoeken”
Van zodra er getypt wordt in de zoekbalk “eenvoudig zoeken” worden suggesties voorgesteld. Er worden zowel suggesties gegeven uit de beschikbare kaartlagen uit de DOV catalogus, als uit adressen en attribuutgegevens van actieve kaartlagen (zoals bv. boringen, sonderingen, interpretaties,…).
...
Van zodra er (een gedeelte van) een straatnaam en/of huisnummer en/of gemeente getypt wordt in de zoekbalk “eenvoudig zoeken”, verschijnt een suggestiebox met maximum 10 adressuggesties. Indien er in feite meer dan 10 suggesties voor adressen gevonden worden, wordt aangegeven dat de suggesties beperkt zijn tot 10 van het totale aantal. Klikken op één van de suggesties zorgt ervoor dat er gezoomd wordt naar dit adres. Je ziet het adres ook in de zoekbalk verschijnen ter bevestiging.
Figuur 13: Suggesties voor adressen worden tijdens het typen onder de zoekbalk weergegeven.
Indien je het adres volledig en correct hebt ingevuld kan je naar dit adres navigeren door op ‘enter’ te drukken.
...
Er verschijnt een suggestiebox met maximum 10 kaartlaag-suggesties. Indien er meer dan 10 suggesties voor kaartlagen gevonden worden, wordt aangegeven dat de suggesties beperkt zijn tot 10 van het totale aantal.
Figuur 14: Suggesties voor toe te voegen kaartlagen worden tijdens het typen onder de zoekbalk weergegeven.
In de suggestiebox wordt na de naam van de kaartlaag een “breadcrumb” getoond. Deze geeft aan waar de kaartlaag in de boomstructuur van kaartlagen voorkomt (onder “Kaartlagen kiezen”), om zo sneller je weg te vinden in de kaartlagen catalogus.
...
De resultaten van een gerichte zoekactie worden weergegeven in een zoekresultatentabel.
Figuur 15: Zoekresultaten na eenvoudig zoeken
Standaard worden er in de zoekresultatentabel 100 resultaten weergegeven. Je kan dit aantal optrekken door op de knop “Aantal zoekresultaten” te klikken en in het scherm dat geopend wordt, het maximum aantal zoekresultaten per laag op een hoger aantal te brengen.
Figuur 16: Wijzigen van het maximum aantal zoekresultaten per laag
Je kan nu alle, geen of een gedeelte van de zoekresultaten selecteren door gebruik te maken van de knop “selectie”.
Figuur 17: Selectiemenu bij de zoekresultaten
Klikken op de knop “actie” laat je toe te zoomen naar de gekozen selectie, deze te downloaden in verschillende formaten of een rapport aan te maken.
Figuur 18: Actiemenu bij de zoekresultaten
Wanneer je de eenvoudige zoekopdracht wil verwijderen, kan dat door rechts ervan van de filter en/of zoekgebied (zie verder) op het kruisje te klikken. te klikken in het paneel 'Zoekregels'.
6.2 Gegevens zoeken binnen een punt, polygoon of cirkel
...
Het is mogelijk om meerdere elementen aan te duiden. Houd hiervoor de shift-toets ingedrukt tijdens het aanklikken van de elementen. Hierbij wordt opgemerkt dat er enkel gegevens van dezelfde kaartlaag tegelijk kunnen aangeduid worden. De kaartlaag waaruit objecten worden aangeduid, kan gekozen worden in het informatiepaneel. Standaard is dit de bovenste kaartlaag.
Figuur 19: Punttool toegepast op een aantal elementen van de laag ‘boringen’
De rechthoektool wordt geactiveerd door op de knop rechts van de punttool knop te klikken. Teken een rechthoek door op de kaart te klikken en vervolgens te slepen. Alle elementen die geheel of gedeeltelijk binnen de rechthoek vallen, worden aangeduid. De informatie van deze elementen verschijnt in het informatiepaneel. Analoog aan de punttool neemt de rechthoektool enkel elementen uit één en dezelfde kaartlaag mee. De kaartlaag kan ingesteld worden in het informatiepaneel.
Figuur 20: Rechthoektool toegepast op een aantal punten van de laag ‘sonderingen’
Bemerk dat een rechthoek, eens getekend, nog kan vervormd worden tot een polygoon. De hoekpunten (witte vierkantjes) kunnen immers versleept worden. Ook is het mogelijk om hoekpunten toe te voegen door op de lijnstukken van de veelhoek te klikken. Op die manier kunnen complexe polygonen getekend worden om zo de selectie te verfijnen.
Om een polygoontool te deactiveren, klik je nogmaals op de polygoontool knop.
Figuur 21: Een rechthoek kan omgevormd worden tot een polygoon om het aanduiden van de gegevens te verfijnen
De cirkeltool wordt geactiveerd door op de knop rechts van de rechthoek-tool knop te klikken. Teken een cirkel door op een locatie op de kaart te klikken en vervolgens te slepen. In de cirkeltool zit een meetlat. Dit betekent dat terwijl je de cirkel tekent, je ziet hoeveel meter de schaal bedraagt. Alle elementen die geheel of gedeeltelijk binnen de cirkel vallen, worden aangeduid. De informatie van deze elementen verschijnt in het informatiepaneel. Analoog aan de punt- en polygoontool neemt de cirkeltool enkel elementen uit één en dezelfde kaartlaag mee. De kaartlaag kan ingesteld worden in het informatiepaneel.
Figuur 22: Cirkeltool toegepast op een aantal gegevens van de laag ‘grondwatermeetnetten’.
6.3 Zoekresultaten filteren
Vroeger voorzag de Verkenner in een knop “geavanceerd zoeken”. Dit ziet er nu iets anders uit, maar je kan nog steeds de zoekresultaten filteren.
Figuur 23: De knop “zoekresultaten filteren”
Je krijgt de actieve filters die gebruikt worden voor het beperken van de zoekresultaten, te zien in een extra onderdeel in het linkerpaneel van de Verkenner. Dit onderdeel krijgt de titel 'Zoekresultaten filteren' en wordt altijd weergegeven boven het bestaande paneel 'Kaartbeeld instellen'. De huidige werking van de panelen blijft behouden en standaard zal het paneel dus ingeklapt zijn.
...
- “Doorzoekbare laag” drop-down: lijst van actieve kaartlagen. Selecteer de kaartlaag waarin je wil gaan zoeken.
- “Attributen” drop-down: alle beschikbare attributen van de geselecteerde kaartlaag
- “operator” drop-down: bv. is gelijk aan, groter dan, kleiner dan, ligt tussen,… [1]
- “waarde 1” drop-down of invulveld: bv. begindatum, diepte,…
- Indien van toepassing: “waarde 2” drop-down of invulveld: bv. einddatum,…
Figuur 24: Voorbeeld van
...
het toevoegen van zoekregels
Het is mogelijk om meerdere zoekregels in te geven. Een nieuwe zoekregel kan toegevoegd worden door te klikken op “Regel toevoegen”. Je kan een zoekregel verwijderen door op de ‘X’ knop naast de betreffende zoekregel te klikken.
...
- In een kaartobject van een bepaalde kaartlaag: dit wil zeggen dat je wenst te zoeken binnen een object dat al op de kaart staat (dit kan bv. een gemeente zijn, een zone binnen een bepaalde kaartlaag ,…). Rond dit kaartobject kan je nog een buffer definiëren. Je kan er steeds voor kiezen om een ander kaartobject te selecteren.
...
Figuur 25: Menu voor het selecteren van een kaartobject van een andere kaartlaag en het toevoegen van een buffer
- In een getekend gebied. Wanneer je met de tools voor het tekenen van een punt, een polygoon of een cirkel een gebied aanduidt, zal de toepassing de mogelijkheid bieden om te zoeken in dit gebied.
...
Je kiest voor de zoekresultaten van één van de actieve kaartlagen in de drop-downlijst.
Figuur 26: Onderdeel zoekresultatenpaneel waar de actieve kaartlagen kunnen gekozen worden in de dropdown
Net als na eenvoudig zoeken, kun je hieruit een selectie maken. Vervolgens kun je gebruik makend van de knop ‘acties’ zoomen naar je zoekresultaten of de gegevens downloaden in het gewenste formaat.
...
- Zoek in “grondwatermeetnetten”
- Waarvan “GW-ID”
- “uit CSV-bestand”
- “Bestand kiezen”: je kiest het csv-bestand dat je wil gebruiken.
Figuur 27: Zoekregel instellen o.b.v. csv-bestand
Bij “zoekresultaten” krijg je een lijst met gevonden GW-ID’s. Als er meerdere filters zijn, krijg je meerdere keren hetzelfde GW-ID.
...
De virtuele boring wordt geopend onderin het resultatenvenster. Om de volledige modelkolom beter te kunnen bekijken, kan je deze beter openen in een nieuwe browser tab.
Klik hiervoor op acties en kies 'openen in browser tab'.
Figuur 28: Actie 'Openen in browser tab'
Je kan nog doorklikken Je kan nog doorklikken op het bodemtype en krijgt dat een meer uitgebreide toelichting van het bodemtype.
Je kan eveneens doorklikken op elk van de geologische formaties of hydrogeologische eenheden voor meer informatie.
Figuur
...
29: Voorbeeld van het resultaat van een Virtuele Boring
In de rechterkolom kan je kiezen voor een aantal opties.
- Modelkolommen weergeven:
Hier kan je kiezen welke modellen er moeten getoond worden.
Je hebt keuze uit:
Figuur 30: Keuzelijst modellen
Als je twee modellen wilt vergelijken is de eenheid sowieso in mTAW.
Kies je maar één model, dan wordt de diepte ook in m-mv weergegeven.
Dit kan je doen door bij 'vergelijk met' te kiezen voor 'Geen'
Figuur 31: Slechts één model weergeven met diepte in m-mv, door te vergelijken met 'Geen' Begrenzing weergave modelkolom
Bij deze optie kan je de modelkolom begrenzen in diepte.
Bij één model heb je de keuze tussen mTAW en m-mv. Vergelijk je 2 modellen, dan wordt de diepte steeds in mTAW getoond.
Figuur 32: Begrenzing weergave modelkolom- Markering weergeven
Ook kan je op de modelkolom een markering aangeven, bijvoorbeeld om een grondwaterfilter in te tekenen.
Figuur 33: Weergeven van markering - Bodem
Hier kan je aan of afvinken of de bodemtypes mee worden getoond in de modelkolom.
Figuur 34: Checkbox bodemtype weergeven
Via een mobiele app kan de Virtuele Boring ook op mobiele toestellen gebruikt worden.
...
Het virtueel profiel wordt geopend onderin het resultatenvenster. Zeker bij lange profielen is dit resultatenvenster vaak iets te klein. Om het volledige profiel beter te kunnen bekijken, kan je deze openen in een nieuwe browser tab.
Klik hiervoor op acties en kies 'openen kies 'openen in browser tab'.
Figuur 35: Actie 'Openen in browser tab'
...
van virtueel profiel
Wanneer de profiellijn getekend is, is het ook mogelijk om nog extra knikpunten toe te voegen door opnieuw op de profiellijn te klikken. Alle punten kunnen ook steeds nog versleept worden, waarna de doorsnede herberekend wordt.
Figuur 36: Toevoegen knikpunt(en) op de profiellijn
Rechts wordt de legende weergegeven. Hierin wordt de basisinformatie van elke geologische of hydrogeologische eenheid aanwezig in het profiel gegeven.
Wanneer je over de doorsnede hoovert verschijnt een zwarte verticale lijn. Deze zwarte lijn toont waar je bent op de doorsnede. Tegelijkertijd toont een bol op de profiellijn op de kaart waar je bent op de kaart.
Bij het bewegen over het profiel verandert de legende zodat alleen lagen in de legende verschijnen die op die positie aanwezig zijn. Er verschijnt in de legende dan ook informatie over de top, basis en dikte van elke eenheid op die locatie.
Bij het bewegen over het profiel wordt ook de eenheid uitgelicht waarover je hoovert, deze wordt tegelijk zichtbaar in de legende. Omgekeerd geldt dat als je door de legende scrollt de overeenkomstige eenheid in het profiel uitgelicht wordt.
Figuur 37: Weergave data bij hoveren over doorsnede
Zowel op de verticale as (links) als op de horizontale as (onder) is een schuifbalk aanwezig waarmee kan ingezoomd worden op een deel van het profiel. Wanneer ingezoomd werd op een deel van het profiel kan vervolgens door te klikken op het donkergrijze deel van de schuifbalk verticaal of horizontaal door het volledige profiel gescrolled worden.
Figuur 38: Inzoomen op profiel d.m.v. verticale of horizontale as
Standaard wordt het model 'Geologisch 3D-model (v3) - per formatie' weergegeven. G3Dv3 is ons meest recente geologisch model van de ondergrond.
Er kan echter ook gekozen worden om een andere indeling van G3Dv3 te visualiseren (bv. per lid) of een ander model te tonen, zoals het vorige geologisch 3D model (G3Dv2) of de hydrogeologische modellen (H3D).
Het getoonde model aanpassen kan onder opties.
Figuur 39: Aanpassen getoond model via het Opties-paneel
Ook de gemodelleerde breuken worden standaard gevisualiseerd in het virtueel profiel. Er kan echter voor gekozen worden om het breukenmodel uit te schakelen, onder opties.
Figuur 40: Uitschakelen breukenmodel in Opties-paneel
9 Andere knoppen
9.1 Grootte informatiepaneel aanpassen
...
Om de kaart af te drukken, open je het menu ‘Kaart printen’ door links bovenaan op het printer-icoon te klikken. Het menu ‘Printinstellingen’ wordt geopend.
Figuur
...
41: Opties bij het afdrukken van de kaart
Alvorens de kaart af te drukken, kan je een titel en een beschrijving van de kaart toevoegen. Beiden zullen op de afdruk worden weergegeven. Je kan kiezen voor een staande of liggende oriëntatie. Je kunt al dan niet een legende toevoegen.
...
Om de sessie te heropenen hoef je enkel de URL opnieuw te kopiëren en te plakken in de URL-balk van je browser. Je kan deze ook doorgeven aan een collega.
Figuur
...
42: URL van de actieve sessie, zoals weergegeven door de bookmark-functie
10. Quickstart
11. Contact
Databank Ondergrond Vlaanderen
...