De informatieverstrekking en milieubeoordeling van MER-deskundigen moet van een hoge kwaliteit en betrouwbaar zijn. Dit houdt in dat de MER-deskundigen zich engageren om:

Het begrip 'onafhankelijkheid' is opgenomen in het DABM (art. 4.2.9. §2 voor plan-MER: "De erkende MER-coördinator mag geen belang hebben bij het voorgenomen plan of programma of de alternatieven, noch betrokken worden bij de latere uitvoering van het plan of programma. Hij voert zijn opdracht volledig onafhankelijk uit en geeft in voorkomend geval leiding aan een team van medewerkers dat geheel of gedeeltelijk door de initiatiefnemer ter beschikking wordt gesteld" en art. 4.3.6 §2 voor project-MER: "De erkende MER-coördinator en de erkende MER-deskundigen mogen geen belang hebben bij het voorgenomen project of de alternatieven, noch betrokken worden bij de latere uitvoering van het project. Ze voeren hun opdracht volledig onafhankelijk uit"). Ook artikel 34 van het VLAREL stelt in dat verband: "De erkende persoon neemt daarbij een objectieve en onafhankelijke houding aan".

MER-deskundigen engageren zich ten aanzien van de burgers en de beslissingnemende overheden om milieueffectbeoordelingen op integere wijze uit te voeren, met respect voor de rechten van burgers op inspraak en zonder dat er sprake kan zijn van een verkeerde voorstelling van zaken of vooringenomenheid.

Zo kunnen MER-deskundigen geconfronteerd worden met deontologische dilemma's wanneer: