Je bekijkt een oude versie van deze pagina. Bekijk de huidige versie.

Vergelijk met huidige Toon pagina historie

« Vorige Versie 9 Volgende »

Gebruik maken van DOV services in QGIS

QGIS of Quantum GIS is een Open Source desktop GIS product. Deze handleiding is gebaseerd op versie 3.16.3.

1. Gebruik WMS in QGIS

1.1. Gebruik van een Proxyserver in QGIS

Als uw bedrijf gebruik maakt van een proxyserver om het netwerk te beveiligen, moet je dit ook eerst aangeven in QGIS. Doe je dit niet, dan heb je niet de mogelijkheid om een WMS service in te laden.

  1. Klik op Extra en daarna op Opties.
  2. Ga naar het tabblad Netwerk en geef de gegevens van je proxyserver in. Klik op OK.

 

1.2. WMS inladen

Met behulp van QGIS kunnen de WMS services aangesproken en gebruikt worden.

Start QGIS op.

  1. Stel het Ruimtelijk Referentie Systeem van het project in. Ga hiervoor naar Project - Eigenschappen en klik op CRS.

Selecteer het coördinatensysteem (DOV data zijn opgezet in EPSG:4313 Lambert 72). Klik dan op “Apply” en “OK”.


2. Klik op Kaartlagen → Laag toevoegen --> WMS/WMTS-laag toevoegen.

Het volgende scherm verschijnt:


3. Kies “Nieuw”

Vul de naam (DOV Inspire WMS) en de verbindingsURL (https://www.dov.vlaanderen.be/geoserver/wms?) in zoals in onderstaand screenshot. Klik vervolgens eerst op "OK" en daarna op “Verbinden”.


De verbindingsURL voor de DOV services vind je ook terug op de Geonetwork toepassing: https://www.dov.vlaanderen.be/geonetwork/srv/dut/catalog.search#/home


4. Klik op OK en vervolgens op “Verbinden”. De lijst van beschikbare services verschijnt.


5. Kies een laag, klik op toevoegen en de laag wordt toegevoegd in de kaart (afhankelijk van de schaal in het kaartvenster en de schaalrange die de service ondersteunt) en in de legende. De naam van de laag in de legende is de naam van de laag en niet de titel. Indien je dit wenst kan je de naam van de laag aanpassen door rechts te klikken op de naam in de legende en de kaart te hernoemen.

 

1.3. GetFeatureInfo request

Door met de   knop in het kaartvenster op een feature van de service te klikken, kan je de attribuutinformatie opvragen.

 

2. Gebruik WFS in QGIS

2.1. Gebruik van een Proxyserver in QGIS

Als uw bedrijf gebruik maakt van een proxyserver om het netwerk te beveiligen, moet je dit ook eerst aangeven in QGIS. Doe je dit niet, dan heb je niet de mogelijkheid om een WFS service in te laden.

  1. Klik op Extra en daarna op Opties.
  2. Ga naar het tabblad Netwerk en geef de gegevens van je proxyserver in. Klik op OK.

 

2.2. WFS inladen

Met behulp van QGIS kunnen de WFS services aangesproken en gebruikt worden.

Start QGIS op.

  1. Stel het Ruimtelijk Referentie Systeem van het project in. Ga hiervoor naar Project - Eigenschappen en klik op CRS.

 

Selecteer het coördinatensysteem (DOV data zijn opgezet in EPSG:4313 Lambert 72). Klik dan op “Apply” en “OK”.


2. Klik op Kaartlagen → Laag toevoegen → WFS-laag toevoegen.

Het volgende scherm verschijnt:


3. Kies “Nieuw”.

Vul de naam (DOV Inspire WFS) en de verbindingsURL (https://www.dov.vlaanderen.be/geoserver/wfs?) in zoals in onderstaand screenshot. Klik vervolgens eerst op "OK" en daarna op “Verbinden”.

 

De verbindingsURL voor de DOV services vind je ook terug op de Geonetwork toepassing: https://www.dov.vlaanderen.be/geonetwork/srv/dut/catalog.search#/home


4. Klik op OK en vervolgens op “Verbinden”. De lijst van beschikbare services verschijnt.

Kies de gewenste laag uit het overzicht en klik op “Toevoegen”. Je kan de filter gebruiken om vlotter de laag terug te vinden die je zoekt.


5. Het inladen van de service is nu compleet. De symbologie wordt met een WFS niet meegegeven maar je kan deze wel zelf stylen.

 

2.3. Enkel features van een bepaalde extent inladen

Omdat bij inladen van een WFS vaak veel data worden opgevraagd, kan het een goed idee zijn om maar een deel van de data in te laden.

Zo kan je bijvoorbeeld enkel features opvragen binnen een bepaalde extent. Hiervoor dien je in het toevoegvenster volgende optie aan te vinken :

 “Alleen objecten toevoegen die overlappen met de huidige zichtbare extent”

 


Wanneer men deze optie aanvinkt dan wordt bij de GetFeature Request van de WFS service de BBOX parameter ingevuld met de extent van het kaartvenster op het moment dat de laag ingeladen wordt.


Je kiest er ook best voor om bij de laag die je kiest (bv. de Boringen) de "Cache Feature" optie aan te vinken. 

Hiervoor dien je bij "Project" te kiezen voor "Opties" - "Renderen". Vink daar volgende optie aan: " Gebruik de cache voor tekenen indien mogelijk om het renderen te versnellen"

Hierdoor worden alle objecten van de laag opgevraagd en gecached (weliswaar binnen een bepaalde BBOX als je deze optie hebt aangevinkt). Bij wijzigen van de extent (zoomen of pannen) worden de objecten dan snel weergegeven.


2.4. Selectie en opslaan van data

Omdat je bij een WFS de eigenlijke features downloadt, kan je dus ook de data opvragen (hetzij via de attributentabel, hetzij via de selectie van objecten binnen een gebied of op basis van een waarde).

2.4.1. Selectie via de attributentabel

  1. Rechtermuisklik op de WFS laag en klik daarna op “Attributentabel openen”.

2. In de attributentabel kan je records selecteren door links van de rijen te klikken.

 


2.4.2. Selectie van objecten binnen een gebied 

Je kan de objecten ook selecteren door bvb een polygoon te tekenen op de kaart. Kies hiervoor het icoon "Objecten met een polygoon selecteren" (zie onderstaand screenshot)

2.4.3. Selectie van objecten op basis van een waarde

Je kan de objecten ook selecteren die aan bepaalde waarden voldoen. Kies hiervoor het icoon "Objecten selecteren d.m.v. waarde" (zie onderstaand screenshot)

2.4.4. Opslaan van selecties

Deze selectie kan je vervolgens opslaan.

1.Als je een selectie hebt gemaakt via de attributentabel, sluit je deze eerst af.

Vervolgens rechtermuisklik op de WFS laag.

Klik op “Exporteren” en vervolgens op “Geselecteerde objecten opslaan als”.

Het is ook mogelijk om de volledige service op te slaan door te kiezen voor “Objecten opslaan als”.


2. Geef het formaat op waarin je de selectie wil opslaan (geopackage, xml, kml, ...) en kies het pad waar je deze wil opslaan. Best selecteer je voor de services van DOV Lambert 72 als CRS (Coördinatensysteem).

 

Opgelet! Aantal features beperkt tot 10.000 

In QGIS is een beperking tot 10.000 features ingesteld. Wanneer je dus probeert een volledige WFS van een datalaag (bv. alle grondwatervergunningen voor heel Vlaanderen) binnen te halen in je QGIS-project, zal dit niet lukken. Je krijgt niet alle vergunningen in het kaartbeeld. Bij het toevoegen van de grondwatervergunningen als WMS-laag, heb je dit probleem niet aangezien het hier slechts een beeld (een ‘prentje’) is zonder de attribuutgegevens.  

De manier om wel de volledige set aan gegevens ter beschikking te hebben, is om eerst zo precies mogelijk in te zoomen naar het studiegebied dat je interesseert en pas daarna de WFS-laag in te voegen.

Het is belangrijk om in het dialoogvenster ‘Toevoegen van een WFS-laag van een server’ de optie “Alleen objecten bevragen die het huidige zichtbare bereik overlappen” aan te vinken (zie punt 2.3).

Het is belangrijk om je studiegebied van tevoren in te stellen en dan pas de WFS-laag toe te voegen. 

Als heel Vlaanderen als studiegebied kan beschouwd worden, ben je genoodzaakt om te werken met deelgebieden, en de data in een aantal keer binnen te halen. 



  • Geen labels